VR

Heb je ook wel eens van de momenten, dat je het gevoel hebt dat alles zo onwerkelijk lijkt? Dat het soms lijkt alsof je een beetje ‘buiten de wereld’ staat? Dat er zaken om je heen gebeuren waar je helemaal geen invloed op hebt, maar je wel overkomen of mee geconfronteerd wordt? Dat je buiten loopt en iedereen als een robot, zonder gedachten, ziet rondlopen en hun ’dagelijkse rituaal’ uitvoeren, zonder echt te beseffen waar men nu mee bezig is?

 

Nee? Oh, dan ben jij waarschijnlijk ook één van hen!

 

Voor mij lijkt het leven soms een computerprogramma, dat iedere dag opnieuw wordt opgestart en waarop een niet ‘hoofdstuk’ aan je levensloop wordt toegevoegd. Maar wel binnen de kaders waar dat computerprogramma voor is geschreven. Zoals een programma als Pages waarop ik ook deze columns schrijf, (Word voor de enkeling die nog Microsoft gebruikt) een tekstverwerkingsprogramma is en dus alleen maar teksten kan toevoegen en een enkele fotootje, zo bestaat het levensloop-programma grotendeels uit werken, eten, slapen en ook vermenigvuldigen, want dat programma is als een subroutine geschreven dat als enige onderdeel geen onderdeel uitmaakt van het laten doordraaien van het levensloop-programma maar als een rode draad continue op de achtergrond meedraait. Zonder dat onderdeel werkt het programma ook wel, maar de impulsen van dat programma lijken soms de overhand te nemen en het ‘normale’ programma te laten afwijken zodra het programma een overschot aan ‘informatie’ lijkt te krijgen die mogelijk het reguliere programma in de war zou kunnen gooien. Zoiets als een stoommachine zijn stoom afblaast via een afsluitklep die normaal gesloten is, maar bij overdruk even open gaat om de overdruk kwijt te raken en vervolgens weer sluit, waarna de machine weer zijn gebruikelijke taak kan uitvoeren.

 

Als ik nu mensen op straat zie lopen of op een bankje zie zitten, met de trein reizen of aan het fietsen zijn, kijkt negentig procent op zijn mobieltje of voert meestal een zinloos gesprek om de tijd te doden en merkt niet eens op dat hij aan het fietsen is, op straat loopt of zelfs bijna een ongeluk veroorzaakt. De mens is volledig in zichzelf gekeerd, afgesloten van de impulsen die je overal om je heen zou kunnen zien of horen. De ’computer’ draait volledig autonoom zijn programma af met steeds minder impulsen die hem nog ‘wakker schudden’. Boodschappen doen, werken, wachten op vervoer of bij de kassa: Iedereen is volledig in gedachten en leeft in zijn wereld. Ook steeds meer zaken die niet in de directe input van de computer staan, zoals het bewust denken aan het nog moeten schrijven van een kerstkaart of verjaardagskaart, zijn vervangen door een subroutine die bijna automatisch via ‘feestboek’ je eraan herinnert dat het kerst is en iedereen nog een (echt gemeende!) Kerstwens moet sturen.

 

Het leven lijkt steeds ‘platter’ te worden! Uitdagingen worden uit de weg gegaan en iedereen heeft zijn autopiloot aan om de dag door te komen, lees: te overleven, want het programma lijkt niet te stoppen en het doel van het programma is zonder storingen te blijven doorgaan. Liefst voor eeuwig, anders moeten we gaan nadenken wat we ook al weer moesten doen. En dat is vermoeiend! Sterker voor mijn gevoel worden we steeds meer een zombie! Als het programma goed functioneert en geen bugs meer heeft zijn alle mogelijke gevaren uitgebannen, is er geen vrees meer om te worden opgegeten, is er eten genoeg om te kopen en geen honger te hebben, zijn er voldoende voorzieningen om zelfs een bijna dode nog via hart-long machines, toch te laten doordraaien.

 

Is dat ons huidige leven? Ja dus!

 

Wie stapt er nu bij het lezen van deze column uit zijn stoel en zegt, “Kom op, ik ga de natuur in en ga eens kijken hoeveel paddenstoelen er in het bos staan?” Al gesteld dat je tot deze gedachte zou komen, activeert een subroutine je brein die je overtuigd dat dát geen goed idee is. Het is immers koud, je moet je omkleden, je verdoet je tijd met een nutteloze energieverspilling en probeert je te overtuigen dat je deze paddestoelen ook op internet kan zien, zonder je stoel te verlaten. Uiteindelijk zak je terug in je stoel. Want ook dat is ingebakken in je programma: energie moet zo min mogelijk verspild worden, zodat je meer energie overhoudt om aan betere zaken te besteden. Alleen.., wat dat dan is, ben je even kwijt. Dat deel lijkt wel gewist. Het programma wil de baas blijven. Als je namelijk zelf gaat nadenken, zou je wel eens op de gedachten kunnen komen dat het op dit moment draaiende programma, jou beheerst en vooral niet wil stoppen. Het raakt dan de macht kwijt. Dan ga jij zelf denken en ‘doodt’ in wezen het computerprogramma. Je stapt dan uit het programma en wordt WAKKER!

 

Ja met hoofdletters! Want op het moment dat je wakker wordt, merk je pas dat je in een virtuele wereld bent gaan leven en eigenlijk geleefd werd door een ‘computer’ die alleen maar kan bestaan, zolang jij ‘in de slaapstand’ staat.

 

Soms is er een mokerslag voor nodig om wakker te worden, maar als je nu wakker bent geworden na deze overdenking te hebben gelezen, is het tijd om op te staan en toch eens naar die paddestoel te gaan kijken. Misschien zit hier wel een hele wereld onder de ‘hoed’ die je laat zien dat er een wereld is buiten deze Virtuele realiteit (VR) en jij de baas bent over jezelf en je niet laat leiden door een computerspelletje. ?

 

 

                                                                                                            Auteur Tiberius Black

 

 

Columns